Heggen april 2009
Mooi, hè, dat frisse groen in deze tijd van het jaar. De natuur ontwaakt en alles staat er weer bij of het net geschilderd is. Ook de Loosdrechtse monumenten laten zich van hun beste kant zien. De uitbottende kastanje spiegelt zich in de glimmend gezeemde ruiten, de vrieskou heeft het mos uit het rieten dak teruggedrongen, we schrobben de tegels en harken het grindpad nog eens netjes op. Het is een feest om zo'n goed onderhouden 17e eeuwse boerderij of zo'n 19e eeuwse gepotdekselde plaswoning tussen het voorjaarsgroen te zien staan!
Tenminste, áls je hem nog kan zien staan. Want, jammer genoeg zijn veel van onze juweeltjes aan het oog onttrokken. Steeds vaker worden bewonderende blikken van passanten verhinderd door heggen, schuttingen en hagen. De oude ligusterhaag van een goede meter hoog of de fraaie leilinden boden allebei nog ruimte genoeg voor bewonderaars. Maar steeds vaker zien we metershoge beukenhagen of leylandii, die het boerderijtje in een fort lijken te moeten veranderen. Natuurlijk, ook bij een monument wil je je privacy, zonder dat de nieuwsgierige blikken van voorbijgangers elke beweging volgen. Maar die privacy kan toch ook bereikt worden met minder drastische middelen: een glasgordijntje, een met struikjes afgeschut hoekje in de tuin, of zelfs zo'n typisch Loosdrechts zomerhuis; het zijn allemaal oplossingen die voldoende vrijheid geven om in je eigen huis en tuin te doen wat je wilt, maar tegelijk de mogelijkheid te bieden aan de omgeving om mee te genieten van zo'n prachtig monumentaal pandje. Kom, monumentenbezitters, die heg kan best wat lager. Wat heb je er aan om zo'n mooi bezit te verstoppen voor de buitenwereld? Help Loosdrecht mooier en aantrekkelijker te maken en gooi het uitzicht open: naar buiten, maar ook naar binnen.
Een krukhuis of parkeerplaatsen? januari 2008
De gemeente Wijdemeren heeft besloten goedkeuring te onthouden aan een sloopvergunning voor een krukhuisboerderij uit 1840. Zorginstellingen Loosdrecht wilde de boerderij slopen om zodoende op eigen terrein meer parkeerplaatsen te creëren. Wat een parkeerplaats is weet iedereen. Er zijn in Loosdrecht héél véél parkeerplaatsen. De meeste zijn niet eens zo heel ver van de Beukenhof verwijderd. Wat een krukhuisboerderij is, weten maar weinig mensen. In het Gooi kwamen oorspronkelijk vooral zogenaamde hallehuisboerderijen voor: langwerpige boerderijen met de deel in het midden en aan weerszijden stallen. Als het wat beter ging, of als men ruimte nodig had, bouwde men haaks op de "hal" een woonhuis, in een L-vorm. Zo ontstond de krukhuisboerderij. Daarvan hebben we er niet zoveel meer in Loosdrecht. Aan de krukhuisboerderij kan je nog zien, hoe de boerderij zich ontwikkelde: van een situatie waarbij het gezin zo'n beetje met de beesten in de stal woonde, tot een situatie waar een chic woonhuis min of meer los van het bedrijf kwam te staan. In de boerderij uit 1840 op het terrein van de Beukenhof waren enkele eenvoudige woningen gevestigd, die ook zouden worden opgeofferd voor parkeerplaatsen. Als je de boerderij zou restaureren, zouden er weer woningen in kunnen, maar denk ook eens aan de mogelijkheden voor opvang van de snel groeiende groep dementerende ouderen. Die zouden in de vertrouwde omgeving van een oude boerderij iets van de vreugde uit hun jeugd kunnen herbeleven. Experimenten elders hebben aangetoond, dat dit een hele goede therapie voor dementerenden is. Daar moet subsidie voor beschikbaar zijn. Onze stichting wil graag helpen bij het aanvragen daarvan en bij de restauratie. En zo zou je de krukhuisboerderij van nummer 20,22 kunnen restaureren. Op nummer 47,49, ook aan de Nieuw-Loosdrechtsedijk, kan je zien hoe mooi zo'n boerderij dan wordt. Véél mooier dan parkeerplaatsen!
Waarom monumenten bewaard moeten blijven. december 2007
De monumenten in Loosdrecht vertellen een verhaal over onze geschiedenis. Kijk naar de vele boerderijen op onze monumentenlijst en je ziet Loosdrecht in de zeventiende eeuw: twee dorpen waar veehouders, vissers en turfstekers woonden en werkten. Waar ze ter kerke (NL Dijk 171) gingen en beleefd de pet afnamen als ze langs de pastorie (NL Dijk 169) of de buitenplaats (NL Dijk 21) kwamen. Het is ook het verhaal van een weerbarstige omgeving: letterlijk op de grens van het zand (Utrechtse heuvelrug) en het veen staan de oudste gebouwen op varkensblazen, om te voorkomen dat ze in de zompige ondergrond verdwijnen. Verzakking kon niet altijd worden voorkomen, zoals het "huis met de scheve ramen" (OL Dijk 21, 23, 25) vandaag nog prachtig laat zien.
Niet elk gebouw hoeft eeuwig bewaard te blijven. Een gebouwde omgeving moet zichzelf ook blijven vernieuwen, aanpassen aan de nieuwe tijd, anders wonen we over 100 jaar allemaal in een museum. De uitdaging voor het monumentenbeleid is, om objectieve criteria vast te stellen voor gebouwen die als monument te beschouwen zijn. Toch is dat zo moeilijk niet; iedereen die, op vakantie of reizend door Nederland, in een andere omgeving komt, herkent onmiddellijk de kwaliteit van bepaalde gebouwen, of ze nu zo oud als de Akropolis of zo nieuw als het Sanatorium Zonnestraal zijn. Dat is ook woongebouwen zo: de zeventiende eeuwse hofjes, maar ook betondorp in Amsterdam en sommige Erfgooierswijken in Hilversum, hebben onmiskenbaar een kwaliteit die vele recente Vinexwijken node missen.
Bij het behoud van monumenten, ook in Loosdrecht, gaat het erom die twee zaken te laten zien: waar komen we vandaan en hoe houden we kwaliteit in onze dagelijkse omgeving. Goed dat de Stichting Historisch Goed zich daarvoor inzet.